Wie kent ze niet? De plant die hele weilanden geel kan kleuren. Waar je als kind zeker wel een keer de zaden vanaf geblazen hebt, die dan aan hun parachute op de wind wegvlogen.
Latijnse naam: Taraxacum officinale
Familie: Composietenfamilie (Asteraceae)
Andere namen:
Omschrijving:
In april bloeien paardenbloemen met hun gele bloemen. De bloemen staan op holle bloemstengels van 15 a 20 cm hoog. De bladeren staan in een rozet onder aan de plant en zijn langwerpig en gekarteld. In de grond zit een penwortel die wel 20cm lang kan worden.
De zaden zijn eigenlijk kleine nootjes die aan een zaadpluisje (pappus) zitten. Zo kunnen ze drijven in de lucht en zich door de wind laten verspreiden.
Het is een goede bijen en vlinderplant.
Eetbaar:
Ja. Paardenbloemen worden ook wel molsla genoemd. De bladeren kunnen als sla gegeten worden. Het oudere blad is wat bitter, dus pluk vooral het jonge blad.
Het beste kan het blad gebleekt worden door het af te dekken met een schep zand. Hier komt ook de naam molsla vandaan. Na de bloei is het blad niet meer eetbaar.
Geneeskunde:
De paardenbloem is een zeer geneeskrachtige plant.
Het versgeperste sap van de steel en de bloem kan gebruikt worden tegen puistjes en wratten. De gedroogde wortel kan worden gebruikt tegen gal en nierkwalen. De bitterstoffen in de bladeren en wortels werken eetlustopwekkend.
Verwijderen:
Het beste kan je de plant even opwippen, zodat je de lange penwortel er makkelijker uittrekt.
Laats bijgewerkt op: 16 mei 2021