Een bramenplant neemt al snel best veel ruimte in. Hij groeit snel en maakt lange ranken van enkele meters die het beste aangebonden worden. Elk jaar moet er gesnoeid en verjongt worden. Als de plant bloeit, zullen de licht roze bloemen veel bijen aantrekken. Na de bloei ontstaan er de bramen die tussen eind augustus en eind September geplukt kunnen worden.
Er zijn tegenwoordig al redelijk veel doornloze soorten, wat zeker het aanraden waard is.
Het zaaien van een braam gebeurd zelden. Een braam kruist gemakkelijk en het is dus onbekend wat voor bramenstruik uit de zaden komt. Alleen als men een nieuw soort wil kweken, wordt er gezaaid.
Om bramen te vermeerderen worden ze meestal gestekt. Zo ben je ook zeker dat je de goede eigenschappen van de moederplant gewaarborgd blijft.
Knip eind augustus, begin september an de jonge stengels een stuk van ongeveer 20 cm af. Knip daarna de bovenste 10 cm eraf, zodat je het onderste deel overhoudt. Verwijder het onderste blad en steek de stek in een pot met losse grond en zet deze in de kas. Houdt de grond vochtig. In het voorjaar kunnen de nieuwe stekken uitgeplant worden.
Ook het afleggen van de plant kan prima. Leg in het najaar een jonge tak op de grond en zet hem 20 cm voor de top vast met een beugel of een smalle steen. Laat dit 1 jaar zo zitten. De stengel zal, waar hij op de grond vastzit, gaan wortelen. Zodra de nieuwe plant goed uitgelopen is, kan hij losgeknipt en verplant worden.
Bedford Giant - Vroeg ras, grote struik met doorns
Chester Thornless - Zoete, groete bessen, doornloos
Himalaya -Grote opbrengst, zoete bessen, met doorns
Hull Thornless - Grote bessen, middelvroen, doornloos
Jumbo - Zeer grote, zure vruchten, doornloos
Navaho - Middelgrote bessen, middelgrote struik, doornloos
Ruben - Compacte plant, zoete bessen, in het voorjaar helemaal afknippen op 30 cm boven de grond.
Theodoor Reimers - Grote opbrengst, grote struik, met doorns
Thornfree - Laat soort, doornloos
Thornless Evergreen - Middelgroet bessen, middelvroeg, grote struik, doornloos
Triple Crown - Grote bessen, grote struik, doornloos.
Bramen staan graag in de zon op een kalkhoudende grond. Bij zure grond dus regelmatig kalk strooien. Omdat het een snel groeiende plant is vragen ze een voedselrijke bodem die niet te nat is.
De bramen worden meestal tegen een afscheiding of hekwerk geplaatst. De plantafstand is ongeveer 2,5 meter.
Tussen eind oktober en eind februari kan de braam gesnoeid worden. Doe dit op een dag dat het niet vriest. Bij bramen met doorns is het verstandig om handschoenen en oude kleding te dragen. Laat 3 tot 5 jonge gesteltakken staan en snoei de rest bij de grond af. Bind de nieuwe takken mooi op, zodat je er komende zomer nog goed bij kan.
Geef de bramen elk voorjaar wat compost en strooi er wat kalk bij. Voor een betere opbrengst kan er wat bemest worden, maar ze doen het ook prima zonder mest.
Afhankelijk van het soort kan er tussen half juli en eind september geoogst worden.
Waarschuwing.
Als men in de natuur plukt, pluk dan niet de bramen die laag groeien. Vossen willen nog wel eens over de bramen plassen en hierin kan de Vossenlintworm zitten. De kans van besmetting is klein, maar de gevolgen zijn groot. Zo kan je ernstige leverschade oplopen van deze lintworm.
Bramen zijn enkele dagen te bewaren in de koelkast. Voor sap, jam of saus kunnen de bramen ook ingevroren worden. In de vriezer kunnen de bramen ongeveer 1 jaar bewaard worden.
De rijpe vrachten kunnen last hebben van Grauwe schimmel.
Ook kan er Bruinstengelvlekkenziekte op treden. De stengels krijgen roodbruine vlekken.
Bruine vlekken op het blad of oranje-bruine vlekjes onder het blad is Gewone Braamroest.
Ook kan je de Zadelsprinkhaan tegen komen tussen de bladeren van de braam. Dit beestje is zeer gewenst, omdat hij andere beestjes, zoals wantsen en luizen opeet.
Tussen oktober en februari - Snoeien.
Maart - Bemesten.
April - Opbinden.
Juni - Opbinden.
Augustus / September - Oogsten.
Laatst bijgewerkt op: 19 februari 2021